Episodisch/Chronisch

Episodisch

Bij de episodische vorm komen de aanvallen in clusters van enkele dagen, weken tot maanden, waarna deze weer verdwijnen. Hier komt de naam clusterhoofdpijn vandaan. Veelal breekt er een episode aan op vaste tijden in het jaar, bijvoorbeeld voorjaar en najaar. Vaak zit de pijn aan 1 kant van het hoofd, dit kan zowel links als rechts zijn, of wisselend. Het is niet gezegd dat de periode altijd even lang duurt. Tevens kan de aanvalsvrije duur tussen de periodes verschillen. Ook de intensiteit van de aanvallen kan verschillen per periode en kunnen de periodes verschuiven. Iedere periode kan verschillen betreft (niet) werkende middelen.

Wanneer je vaste periodes hebt, dat wil zeggen: op vaste tijden in het jaar, kun je voor de clusterperiode al beginnen met profylactische medicatie. Dit kan de periode uitstellen, de aanvallen verminderen of de intensiteit verminderen van de aanvallen. In sommige gevallen kan het zelfs zijn dat de periode overgeslagen wordt. Episodische clusterhoofdpijn kan overgaan in de chronische variant. Tevens kan de chronische variant overgaan op episodisch.

Ook mensen met episodische TAC’s zijn chronisch ziek. Vaak ervaren mensen in de aanvalsvrije periode geen klachten en kunnen hun leven weer oppakken zoals voorheen. Triggers kunnen blijven, maar dit is zeldzaam. Over het algemeen is het zo dat de triggers buiten de periode verdwijnen.

Chronisch
Bij de chronische variant kunnen de aanvallen dagelijks het hele jaar door voorkomen. Er kunnen clustervrije periodes voorkomen maar deze duren slechts enkele dagen tot weken. Wanneer een clustervrije periode niet langer dan 4 weken aanhoudt, heb je de chronische vorm. De pijn kan zowel links als rechts aan het hoofd voorkomen, zelfs afwisselend. Ook bij de chronische variant kunnen profylactische medicijnen worden voorgeschreven.

Alle vormen van een TAC (Clusterhoofdpijn, Paroxismale Hemicrania en Sunct/Suna) kunnen episodisch of chronisch zijn.

In beide gevalle is het erg belangrijk om je voortekenen te leren kennen en je eventuele triggers te ontdekken. Daarbij is het belangrijk om te zorgen voor aanvalsbestrijding! Zowel bij de episodisch als chronische vorm, kunnen aanvallen variëren in lengte en hevigheid. De ene aanval is de andere niet. Het weer kan hier ook invloed op hebben en kunnen er bepaalde triggers zijn die extra aanvallen uitlokken.

Remissie
Het kan voorkomen dat de TAC in remissie gaat. De aanvallen worden minder in aantallen, zijn minder hevig of stoppen zelfs. Dit is vaak van tijdelijke aard. Dit kan komen door medicatie of een behandeling, maar het kan ook spontaan optreden.

 

 

Geef een reactie